In Nederland lopen we al niet bepaald voorop bij de transitie van fossiele brandstoffen naar CO2-loze energie (wind, zon, wellicht ook kernenergie). Maar tijdens een vakantie op Curaçao besefte ik me weer eens dat veel landen nog veel minder ver zijn. Dat is ook niet onlogisch; het betreft vaak wat armere landen met financiële tekorten en dus weinig ruimte voor grote investeringen. Op Curaçao las ik het boek Donkerluwte van Henk Tolsma, dat gaat over de uitdagingen waar we voor staan met het afbouwen van onze afhankelijk van fossiele brandstoffen en de kansen én knelpunten van alternatieven. Zoals zon en wind, maar ook welke back-ups er nodig zijn voor het geval beide duurzame bronnen niet beschikbaar zijn op een windstille winternacht*.
Curaçao leek nog steeds erg het eiland dat ik in 2003 ook al eens bezocht. Het was nog steeds wonderschoon, met helder blauw water, witte standen en bijzondere flora en fauna (zoals kleurrijke vogels en de vele hagedissen en leguanen). Uiteraard was het eiland technologisch met de tijd meegegaan; er was bijna overal bereik met 3G en 4G en met een eSIM kon je simpel een data-abonnement toevoegen om voor een gunstig mobiel internet te hebben.
Wat ook in positieve zin veranderd was, was het wagenpark. Achttien jaar geleden reden er heel veel relatief oude auto’s rond, veelal in gammele staat (zo had onze huurauto destijds geen werkende km-teller). Nu reden er veel relatief jonge Japanners en Zuid-Koreanen rond (een local vertelde dat de geïmporteerde Japanse wagens relatief goedkoop waren, al betrof het dan wel vaak modellen met het stuur aan de ‘verkeerde’ rechterkant). Ik zag zelfs een paar elektrische auto’s en een enkele laadpaal.
Het hele jaar zon, maar geen zonnepanelen
Wat heel opvallend was, was dat ik vrijwel nergens zonnepanelen op de daken zag. Vreemd, want juist Curaçao heeft daarvoor ideale condities met relatief veel zonuren het hele jaar door – het is iedere dag circa 30 graden. Omdat het eiland dichtbij de evenaar ligt, is er geen seizoenseffect en is de hoeveelheid zon behoorlijk constant. Het wordt alleen vrij vroeg donker, rond zeven uur ’s avonds. Tegen half zeven ’s ochtends komt de zon weer op – er is dus meer dan twaalf uur per dag zon, het hele jaar door! Dat is een groot contrast met Nederland, waar zonnepanelen vooral in de zomer veel opleveren maar in de winter slechts een fractie. Zo lang we hier een salderingsregelening hebben, waarbij je overtollige stroom kunt terugleveren tegen hetzelfde tarief, is dit niet erg, maar dat is op de lange termijn geen houdbaar systeem.
Een concreet voorbeeld dat ook iets zegt over de status van de energietransitie op Curaçao zijn dieselaggregaten die her en der op het eiland staan te draaien. Bijvoorbeeld bij een van de vele mooie baaien die het eiland rijk is. Deze zijn soms zo afgelegen dat er geen infrastructuur is en een lokale strandbar daar dus niet kan worden aangesloten op het stroomnet. Die locaties zouden prima op zonnestroom kunnen draaien, te meer ze alleen overdag open zijn. Maar in plaats daarvan staat er dan een groot dieselaggregaat op de parkeerplaats te draaien.
Waarom?
Waarom gebruikt dan vrijwel niemand zonnepanelen op Curaçao, terwijl de condities zo extreem gunstig zijn? Daarvoor moeten we terug naar 2015 en de toenmalige regering. Op Curaçao was (en is) geen sprake van een vrije energiemarkt met concurrentie; energieleverancier Aqualectra is monopolist en heeft het alleen voor het zeggen. Bovendien is het bedrijf volledig in handen van de staat. Hoewel er tien relatief nieuwe 3MW windmolens aan de noordkust staan, wordt het gros van de stroom fossiel opgewerkt – voornamelijk door het stoken van diesel. Met een stroomprijs van 66 Antilliaanse cent in 2015 (grofweg € 0,33) zijn de energiekosten voor huishoudens vrij fors. Weliswaar hebben huizen geen verwarming nodig, airconditioning is – zeker voor het slapen gaan – eigenlijk noodzakelijk, want het koelt ’s nachts nauwelijks af. Dat kost ieder huishoudens honderden guldens per maand. Hoewel het leven zich grotendeels buiten afspeelt, is airconditioning voor wie binnen werkt ook pure noodzaak. Ventilatoren zijn een alternatief, maar ook die vreten stroom. Oftewel zonnepanelen zouden bijzonder nuttig zijn – in combinatie met een thuisaccu, die de zonnestroom overdag opslaat voor gebruik in de avond en nacht, zouden huizen relatief eenvoudig energieneutraal kunnen worden en dus ook flink wat kosten kunnen besparen. Waarom heeft niemand die dan?
Medio 2015 waren er diverse zonnepanelenbedrijven op Curaçao en langzaamaan ook bedrijven en huishoudens die ze installeerden. Curaçao had in die tijd ook een salderingsregeling, die de koop van zonnepanelen stimuleerde. Dat veranderde plots op 1 januari 2015, waarbij energieleverancier Aqualectra de regeling compleet op de schop gooide. Er kwam een vaste terugleververgoeding van 33 cent, de helft van het reguliere tarief, maar daarnaast ook een zonnetax. Particulieren met zonnepanelen moesten ineens 16 gulden per kWp per maand gaan betalen en voor bedrijven was dit zelfs het dubbele. Daarmee werden zonnepanelen per direct zwaar verlieslatend. Het gevolg was dat de panelen weer van de daken werden geschroefd en dat bedrijven die zonnepanelen installeerden failliet gingen – en daarmee verviel ook de fabrieksgarantie voor mensen die ze nog hadden. Het bizarre was ook dat de maatregeling eenzijdig, zonder inspraak of discussie, werd ingevoerd en nog geen twee maanden van te voren werd aangekondigd. De exacte reden is nooit opgehelderd, maar de lokale olieraffinaderij Isla had nauwe banden met het energiebedrijf en de politiek. Ook werd er twee weken na de invoering door Aqualectra een grote aanbesteding uitgeschreven voor zonnepanelen op daken van scholen.
In 2018 werden de maatregelen weliswaar deels teruggedraaid, maar dat heeft niet geleid tot herstel. Particulieren en bedrijven durfden niet meer toe te happen, wat niet zo gek is als ieder moment desastreuze maatregelen kunnen worden ingevoerd. Investeren in zonnepanelen is kostbaar en een lange termijninvestering. Als de situatie ieder moment kan veranderen, loopt de investering acuut gevaar. Burgers en bedrijven moeten er op kunnen vertrouwen dat hun investering ergens toe leidt. Er is nog steeds een zonnetax, zij het op een lager niveau. De onrust van 2015 had anno 2021 nog steeds een grote impact, zo merkte ik tijdens gesprekken. Het vertrouwen in de politiek is laag.
Rol van de overheid
Dat geeft weer aan hoe belangrijk de rol van de overheid is bij de energietransitie. Burgers en bedrijven willen best hun steentje bijdragen aan duurzame energie en het verminderen van hun energieverbruik, maar dan moeten de condities wel helder zijn. Iets als een salderingsregeling helpt enorm. De condities waren voor 2015 misschien iets te gunstig (met een gestelde terugverdientijd van circa drie jaar), maar tijdens het spel de regels veranderen is gewoon oneerlijk.
Als ik op Curaçao zou wonen zou ik serieus overwegen off-grid te gaan, met een dak vol zonnepanelen en een thuisaccu afgestemd op de dimensies van het verbruik. Het probleem is natuurlijk dat zo’n investering weliswaar op de lange termijn uit kan, maar op de korte termijn veel geld vereist. En dat is net iets wat voor de meeste mensen een probleem is – geld voor dergelijk grote investeringen is er bijna niet. En zo ontstaat scheefgroei waarbij alleen de rijken zich dit zouden kunnen veroorloven en de gewone man/vrouw vast zit aan de hoge stroomtarieven van een monopolist. Alleen de overheid kan zoiets doorbreken, door met een eerlijke stimuleringsregeling te komen waarbij alle inwoners van Curaçao kansen hebben om een steentje bij te dragen en tegelijkertijd ervan kunnen profiteren – nu en later.
Update: uiteraard moet het eiland-zijn van Curaçao worden meegenomen. Er is geen interconnectie, dus de balans tussen vraag en aanbod moet door één enkele energieleverancier worden geregeld en dat is een grote uitdaging. Ook wordt in reacties op mijn stuk op LinkedIn genoemd dat een salderingsregeling (zoals die uit 2014) financieel niet haalbaar is, mede omdat er geen vastrechtvergoeding is. De zonnetax vult dat gat ten dele. Ik heb alle begrip voor deze complexe vraagstukken. Tegelijkertijd zou het goed zijn om alles in het werk te stellen in het aantrekkelijk maken voor zonnepanelen op particuliere daken, waarbij er een garantie wordt gegeven voor de lange termijn. Tegelijkertijd zou ik denken dat, ondanks de vele uitdagingen, het eiland dankzij de meteorologische omstandigheden op het eiland (met de juiste investeringen) sneller energieneutraal kan worden gemaakt dan een land als Nederland. Een mix van de huidige windmolens, voldoende zonnepanelen voor de dagelijkse vraag en accu’s voor de korte termijn opslag. En dan alleen nog dieselaggregaten in geval van nood.
* disclaimer: ik ben de uitgever van het boek Donkerluwte en had delen van het boek al van te voren gelezen, maar nog niet het eindresultaat